h1

Foto Vélo: de reis – het boek

27/09/2010

We hebben op de fiets heel wat inspiratie opgedaan. Een boek dus….
Het boek komt uit begin 2011. Wil je op de hoogte gehouden worden of wil je naar één van de dia-avonden komen, stuur me dan een mail op info@foto-velo.be

h1

eindconclusies

25/07/2010

Een jaar in Azie. Tijd dus voor een balans wat we zullen missen en wat we met plezier achterlaten.

Wat zullen we missen/waar vrezen we voor in Belgie

  • 20.000 km fietsen doet iets met je lichaam en geest. Elke vezel staat stijf van de conditie en je hoofd is maandenlang leeg en fris. Je hebt het gevoel dat je elke inspanning aankunt. De fysieke en mentale papperigheid van de bureaustoel loert om de hoek.
  • Stof, bergop, hitte, gravel,… Fietsen kan echt wel lastig zijn. En toch verslavend. Ik denk dat we bij wijze van afkicken de eerste week in Belgie met onze koersbroek zullen slapen. Maar nog geen overhaaste conclusies….mijn lidmaatschap voor de lokale wielertoerist-associatie mag nog even wachten.
  • Kippenvel, euforie, tranen in de ogen van emotie,… Sommige momenten of landschappen waren zooo mooi. Moeilijk om de gevoelens te evenaren in pakweg de Veldstraat.
  • Ik lijd aan een extreme vorm van escapisme. Al fietsend en voortschrijdend ontvlucht ik het dagdagelijkse. Terug in Belgie word ik gedwongen om opnieuw stil te staan en te denken. Denken aan het absurde van het bestaan en de soms egoistische, wrede, oneerlijke en stoute wereld. Denken aan het sneltempo waarin we de wereld aan het kapot maken zijn (en geloof me – zeker na het zien van Azie – het gaat in een razend tempo). Denken aan de onwil/onkunde om aan deze wereld te onttrekken.
  • Ik leef als ik beleef. Al rondfietsend geniet ik van elke dag, elk nieuw vergezicht, het exotische eten, de verrassende ontmoetingen, het immer onbekende. Terug thuis wacht routine en de trein van het dagelijkse en dat slaat bij mij heel snel om in verveling.
  • Onvergetelijk zijn de miljoen lachende en extatische kindergezichtjes wanneer we met de fiets passeerden.
  • Belgie mist twee essentiele zaken: Bergen en zon. Hoewel het altijd lastig fietsen is, geven de bergen altijd de meeste voldoening. En hoe hoger je gaat hoe beter.
    We realiseren ons nu pas hoe mistroostig het weer is in Belgie. Het aantal dagen met regen (behalve in China) tijdens onze reis kunnen we wellicht op 4 handen tellen. Moesten we nu eens afspreken om met z`n allen te verhuizen naar de Spaanse Pyreneen of naar de Zuid-flank van de Alpen (en we nemen in 1 baan Gent mee).
  • Het wordt zo goed als onmogelijk om in Belgie dezelfde onvoorwaardelijke gastvrijheid te ervaren van sommige mensen die we onderweg hebben ontmoet.
  • Ik probeer het nieuws af en toe op te volgen via de websites van de Vlaamse kranten. Wat met telkens opvalt is de banaliteit van de actualiteit en de onder-de-kerktoren-mentaliteit. Niet dat de berichtgeving hier zo groots of globaal is. Verre van. Maar terug in Belgie worden we terug gezogen in de Vlaamse kneuterige wereldproblemen.
    Wat in de berichtgeving wel opvalt is (en wat wel verschilt met Azie) is onze zaag-neurose. Het klagen als een state-of-mind. Terwijl Belgie (buiten het ontbreken van zon en bergen) het Walhalla is. 90 % van de mensen verdient te veel geld, we hebben een sociale zekerheid en pensioen, een goede gezondheidszorg en onderwijs, veel vrije tijd, prachtige steden en een min of meer functionerende overheid. Ok, er is al eens een geval van corruptie, van politieke wrevel, er rijdt al eens een trein te laat, enz… maar voor de eeuwige klager, kom eens naar Azie en feel the difference.

 

Waar kijken we naar uit/Wat laten we met plezier achter

  • We eten al een jaar ofwel van de straat ofwel hele simpele gerechten die we op ons benzinevuurtje klaarmaken. Een volledig uitgeruste keuken, alle mogelijke ingredienten en dan uren koken. Heerlijk
  • In Azie ben je als fietser het vuil van de straat. Net goed genoeg om van de weg gereden te worden. We kijken uit naar het gevoel om opnieuw gerespecteerd te worden als fietser en een eigen veilige infrastructuur.
  • Ik heb zin in een goeie fieste. Alle voorstellen vanaf augsutus zijn welkom.
  • Plakken, stinken, zweten,… maandenlang leven we op een rantsoen van extreem weinig wassen. Ik heb een visioen van vers gewassen lakens en frisse lijven ipv mijn zwetend vel in een klamme slaapzak.
  • We zien er natuurlijk naar uit om familie en vrienden terug te zien. Dikke kus.
  • We missen vooral kaas en brood.
  • De meeste gesprekken overstijgen niet het niveau van “Wat is yor neem?”. Dus terugkomen betekent eindelijk weer iemand waar je mee van gedachten kan wisselen. Iemand die je niet alleen taalkundig verstaat, maar ook iemand die dezelfde normen en waarden deelt (verdomme, Geirnaert, je lijkt Balkenende wel!)
  • Een concert, een film, een evenement,… Laat Gent maar bruisen.
  • Ik kom thuis en het eerste wat ik doe… Ik neem een cd, druk op “play” en zet het volume op “ONAANVAARDBAAR LUID”
  • Zondagmorgen: verse croissants, kamermuziek, koffie (Aaaah, echte koffie) en een gazet.
  • Ik blijk dan toch een Belg te zijn. Ik snack naar frietjes.
  • Er zijn echt wel te veel Aziaten en op veel plaatsen ben je nergens eens op het gemak alleen. Altijd is een roedel kinderen je tent op het spoor gekomen, wil een horde giechelende meisjes je naam weten of denkt een boer net te moeten ploegen waar jij net je grote boodschap wou gaan doen. Time for privacy!
  • Ons zitvlak protesteert. Duizenden uren op een zadel meestal afgewisseld met de grond. Ons poepke smeekt om stoel of sofa.

h1

Guiyang

03/07/2010

We naderen stilaan de 20 000 kilometer en ons einddoel.

Het kan hier nog bijna geen nacht zonder regenen. Omdat we het kamperen niet willen opgeven, zoeken we ’s avonds meestal onderdak om onze tent op te zetten. Je vond ons de afgelopen weken onder andere in een stal, een vervallen en verlaten motel, een bouwwerf, een schuur,…

Lifestyle
China verovert de wereld. De tweeentwintigste eeuw wordt (misschien) Chinees. Bereid jullie voor op tal van veranderingen. Vanuit Zuid-China geven we jullie graag wat Chinese life-style tips mee:

• Geen wonder dat de Chinezen hond eten. De honden hier hebben niets van hun fiere soortgenoten: lelijke mormels met te korte poten in verhouding tot hun lijf, een vuile vacht, hun ego is te groot voor hun mieterig geblaf en doordat hun onderste tanden uit hun bek steken, regent het binnen…
• Siertuinieren is uit (dus, papa Johan, verkopen die geraniums, omspitten die rozen). Elke vierkante meter dient voor voedselproductie. Waarom bloemen planten als je spinazie kan zetten. Waarom een boom zetten als die schaduw op je gewas werpt. Op het dak planten ze hier zelfs mais.
• De Chinese johny rijdt – bij afwezigheid van Golf GTI met een koffer vol boxen –rond met twee baswoofers op zijn moto.
• Hoewel er redelijk wat fietsers zijn, is het gemotoriseerde tijdperk ontegensprekelijk ingezet. De betere middenklasse rijdt vooral met jeeps. Voor de minder fortuinlijken is er de moto of de elektrische scooter. Deze scooter is naast het feit dat hij geen lawaai maakt en niet stinkt, vooral fijn omdat wij die met de fiets kunnen voorbij steken.
• Heeft iemand al een Chinees gezien die niet rookt? Wij niet.
• Terug in Belgie dacht ik dat internet voor de revolutie op vlak van communicatie zou zorgen. China en Azie hebben me op andere gedachten gebracht. De GSM is het middel dat miljoenen levens verandert. Iedereen heeft er een, en niet zo’n simpel belding maar een tot-speedboot-uitklapbaar-model.
• De Chinese inrichting van de huizen is afgrijselijk en van top tot teen opgetrokken tot kitsch en brol die er uit ziet alsof het maar een jaar mag meegaan.
• De Chinese toiletten zijn shit. Nergens is de kloof tussen welvaart en toiletcomfort zo groot. Altijd en overal letterlijk een gat in de grond. Het is even slikken wanneer je in een kamp van wegenwerkers verblijft en met de manager in hemd en das hebt staan praten om met diezelfde man vijf minuten later broederlijk naast elkaar (nee geen afschutting) met de broek op de knieen te zitten.
• Bij de vrouwen zouden we volmondig “JA” zeggen. We halen echter onze neus op als de Chinese mannen bij warm weer hun T-shirt oprollen tot aan de tepels.
• Luiers moeten hier nog geintroduceerd worden. Om te voorkomen dat baby’s broekje constant vol hangt heeft elke broek vanachter een spleet.
• Het eten is waarlijk overheerlijk. Overal veel keuze, prettig exotisch en vernieuwend gekruid en alles levend vers. Het is wel wennen wanneer we- met een apetijt voor een boterham – ’s morgens opnieuw warm eten – hetzelfde als ’s avonds – voorgeschoteld krijgen.
• De moderne Chinese jongeman gaat naar de coiffeur en laat hem krullen in zijn anders steile haar leggen. Het resultaat is als een te lange baard: opzichtig.
• Ik vermoed dat het na een jaartje wel went, maar momenteel kunnen we allesbehalve genieten van de Chinese bedden. Niets vering, niets zacht schuim, maar een plank overtrokken met een laken, zelfs in hotels
• Dames, haast jullie naar de supermarkt en sla snel veet en gilletes in. Haar op de ledematen is hier even zeldzaam als mes en vork.



h1

Lunding

19/06/2010

Van thermisch ondergoed naar onderlijf; van rotsen en steppe naar bamboe en cactus, van vrieskou naar hitte;… We zijn vandaag bijna 3000 meter in hoogte gedaald van het Tibetaanse hoogplateau naar de tropische bergen van Zuid-Oost-Azie. Op een dag ben je in een andere wereld.

Naast de weg is vooral het weer bepalend of fietsen genieten of afzien is. Over de weg geen klachten meer, maar het weer… De week na ons vorig bericht hebben we al elke dag regen, sneeuw of hagel gehad. Door dit gure weer is het fietsplezier en er net als de temperatuur: below zero. We horen eigenlijk te genieten van de onwaarschijnlijke prachtige panoramas op het tibetaanse plateau of van de kleurrijke tibetaanse cultuur maar we kunnen enkel denken aan warme chocomelk, droge kleren en een haardvuur. Onze zelfgekozen kwelling wordt nog in de hand gewerkt door de enorme afstanden. Dorpen liggen soms honderd kilometer van elkaar. Once snow in the middle, you’re proper f*cked. Meermaals al schreeuwden we het uit van wanhoop, maar alleen de wind kon onze kreet horen.
En huil even mee met de zwartste dag uit onze reis. We worden een wakker in een smerige hotelkamer. De sigarettenpeuken van de vorige gebruiker liggen verspreid in de kamer en de lakens zijn in geen jaren gewassen. De kleren die van de vorige dagen drijfnat zijn, zijn nog altijd vochtig. Buiten druilt het nog altijd en de bruine plassen in de weg worden almaar groter. Wanneer het even stopt met regenen vertrekken we. Na vijf kilometer begint de regen echter opnieuw. We schuilen talloze uren in een rioolbuis, wachtend op de regen die nooit zou ophouden. Het afvoerwater stroomt onder onze voeten door. Een tibetaanse herder die ons heeft opgemerkt nodigt ons mee naar zijn huis, maar pas wanneer we 500 meter onze fiets de berg op duwen zien we in de verte en hoogte pas zijn huis liggen. Veel te ver. Dan maar terug naar de weg alwaar we schuilen onder onze isoleermat. Wanneer we terug vertrekken met de fiets belandt Heidi onder een golf van modder veroorzaakt door een vrachtwagen die in een grote plas rijdt. De weg verandert in een pad van stenen en kuilen buiten categorie. Ik rijd voorop en wanneer ik wacht komt Heidi schreeuwend aangereden. Ze is haar handschoen verloren en is boos op me omdat ik niet gewacht heb. Ik ben kwaad op haar omdat ze haar verlies van haar handschoen op mij afreageert. Beide tranen van woede en frustratie.
’s avonds worden we gered door een prachtige familie en hun haardvuur. De dag nadien is het weer en alles drastisch verbeterd.

Tibet
Het is moeilijk om geen sympathie te hebben met de arme Tibetanen. Ze willen een eigen land maar behoren willens nillens tot China. En hun cultuur is zo anders dan de rest van China: kleurrijke kledij, de mannen op de hoogvlakte zien er uit als cowboys – inclusief paard, wapens en leren franjes aan de kledij, een heel aparte bouwstijl,…

Dog army
De reusachtige monsterhonden uit Koerdistan of de dolle Iraanse herdershonden, we dachten dat we elke hond nu wel aan konden. Tot nu. Nooit zoveel bijtgrage honden gezien als in Tibet. In elk dorp liggen hopen vuil haar, die honden blijken te zijn. Op het platteland maken hele roedels grommers ons het fietsleven lastig. Ze bijten naar de benen en de zakken. Onze remedie als een schuimende bek ziet aanstormen: direct stoppen, je keel schor roepen en stenen gooien. We zijn beide hondenliefhebbers maar hier word ik euforisch van het geluid van de jankende viervoeter.

h1

Qinghai

07/06/2010

Ondanks het heerlijke eten in China, is den Geirnaert al 12 kilo afgevallen. Tijd dus om naar huis te keren vooraleer mijn razende metabolisme me helemaal opvreet. Op 27 juli zijn we terug in Belgie om mijn Body Mass Index wat te soigneren. Bier en frieten schijnen te helpen om krachten op te doen.

En ondanks de onszelf gemaakte belofte keren we toch met het vervuilende vliegtuig terug. Na de uitputtende Indische treinervaringen hebben we geen zin in een 7 dagen durende treinreis (om dan nog maar in Moskou te zijn). Bovendien bestaat er onzekerheid of de fiets wel mee kan. En vooral we willen absoluut een nieuwe visumprocedure (voor Rusland) vermijden.

Je kunt de Chinezen veel verwijten, maar niet dat ze hun infrastructuur verwaarlozen. Het ene megaproject volgt het andere op. Ook de kleinste wegen worden in sneltempo omgetoverd tot viervaksbanen. De nieuwe asfalt is ‘as smooth as a babys ass’ maar het nadeel is dat er overal werken aan de gang zijn. Veelal zijn stukken van tientallen kilometers herschapen tot zand en stenen.

Het weer blijft hier van jetje geven. We hebben hier te kampen gekregen met een zandstorm. We zitten momenteel opnieuw vast door de sneeuw. En op een van de droogste plekken op aarde, de Taklamakan woestijn, hebben we door de regen noodgedwongen een voormiddag in onze tent moeten kamperen.

Ons Chinees is – buiten de woorden cultuurrelativisme en voortplantingsdrang – onbestaande. Met het Engels van de Chinees is het even droevig gesteld. Het gebeurt dus meer dan eens dat ik met volle moed naar iemand toestap om iets te vragen, maar dat we, nadat we enkele onhandige gebaren hebben gewisseld, onverrichter zake en beiden gefrustreerd onze eigen weg gaan.

Het Chinese wonder?
China ontwikkelt in sneltempo en bulkt van economische en technologische hoogstandjes. Mensen die echter denken dat alle Chinezen dit Chinese wonder belichamen slaan de bal mis. Mijn bagagedrager was door de ruwe weg gebroken. We stoppen in een provinciestadje waar langs de hoofdweg tientallen carosseriebedrijven naast elkaar liggen. Ideaal dus voor een klusje, denken wij. Ik leg met handen en voeten uit aan de schijnbaar handigste dat het rek aluminium is en dat dit met een normaal toestel niet te lassen valt. ‘Geen probleem (in het Chinees)’ Wanneer hij zijn lastoestel op het frame zet spatten de vonken bijna op zijn gezicht en beaamt hij dat dit niet te lassen valt. Ik stel voor dat ze twee ijzeren plaatjes met vier gaten in de hoeken maken zodat we dan met vijs en bout de boel kunnen bijeenhouden. Ik ben als klusser ook niet de meest precieze maar wat zich dan afspeelde was hartverscheurend. Twaalf man kregen dit simpel probleem maar niet opgelost. Na een uur zwoegen hadden ze twee zware platen waarvan de ongelijke gaten met het lastoestel waren gemaakt en die op de fiets werd samengehouden door ijzerdraad. Na een dag viel de constructie al uit elkaar en heb ik zelf uit twee deurscharnieren iets geknutseld. Beide constructies vind je als eerste foto (links Chinese constructie, rechts mijn constructie) onder dit bericht.

Weetjes

  • Veertien dagen niet wassen en er nog altijd goed uitzien. Het kan!
  • We kunnen al semi-vlot met stokjes eten, behalve die keer wanneer de soep op tafel kwam.
  • Ik heb mijn maximum snelheid verbeterd en op 61,3 km/h gelegd. Ons grootste aantal kilometers per dag is ook scherper gesteld naar 129 km.
  • Niet mijn baard maar wel het haar op mijn benen is hier de grootste attractie
  • h1

    Urumqi

    21/05/2010

    De informatiesnelweg in China en Pakistan was lange tijd gesloten. In Noord Pakistan was er gewoonweg geen internet. In China had de overheid na de rellen in Xinjang vorig jaar elk internetverkeer afgesloten. Gelukkig was de gewone weg nog wel berijdbaar. En dus zijn er weer verhalen…. Een compilatie van anderhalve maand:

    • De laatste week in Pakistan hebben we vastgezeten. De grens met China was wegens de sneeuw gesloten. De weg terug naar het Pakistaanse laagland was door de aardverschuiving geen optie en alle zijvalleien waren door de Pakistaanse politie om veiligheidsredenen afgesloten. Een familie met roots in Tadjikistan heeft ons vijf dagen onder haar vleugels genomen.
    • Aan al diegenen die onrustige nachten beleven bij de gedachte aan onze olympisch gespierde lijven: slaap rustig in. Niets uitgebouwde borstkas of trillende biceps. Onze gespierde kuiten hangen als een vreemd object aan een lijf van een bureau-slaaf. Dit verontrustende fenomeen werd nogmaals in de verf gezet toen we tijdens ons fietssabbat eens een dagje de fiets langs de kant zetten om een bergwandeling te maken. Dagenlang zijn we aan de benen stijf geweest.
    • In Pakistan hebben we een bijna-dood-ervaring beleefd. In een diepe kloof zijn we midden in een steen-lawine beland. Tien minuten met je rug tegen de rotswand terwijl stenen van tientallen kilo抯 met onwaarschijnlijke snelheid op enkel meters van je vandaan kapotspatten. Rijstpap met gouden lepels lijkt niet zo aanlokkelijk meer.
    • Het eten in China is overheerlijk en gevarieerd.
      Hersentjes, varkensdarmen, longen, wormen,… elk onderdeel van de dierlijke anatomie heb ik wel eens geprobeerd. De sterke drank in China waarin kippepoten liggen te weken was echter een brug te ver.
    • De Chinese politie is -in tegenstelling tot hun andere Aziatische collega-niet in voor een geintje. Met veel machtsvertoon en met een tronie van ‘il-je-soms-een-wapenstok-tegen-je-gezicht’ tonen ze wie de baas is. En ze zijn overal om je paspoort te vragen of om te zeggen welke weg niet voor toeristen toegankelijk is. We pretenderen geen Chinees te spreken, maar met alle Chinezen maar niet met de deze. We zijn meermaals moeten terugkeren en drie keer weggejaagd van onze kampeerplek. Ik heb de laatste maand tot mijn grote frustratie meer in de ogen van Herr Flik gekeken dan in de ogen van mijn liefke.
    • In Tien Shan, een gebergte in noordwest China, zijn we koudweg gepakt door een sneeuw-blizzard. Alle passen dichtgesneeuwd. Chinese wegenwerkers met een kolenkacheltje hebben ons van afgevroren uitstekende lichaamsdelen behoed. Met de fiets waren we wel de allereerste over de pas. Terwijl de buldozers de ingesneeuwde vrachtwagens probeerden vrijscheppen, passeerden wijmet de fiets duwend over pakken sneeuw
    • De dagen na de blizzard was het zo koud dat als we ergens vijf minuten durfden stoppen, om pakweg Heidi’s vingers van de dood te vrijwaren, mijn wielen door de sneeuw vastvroren aan mijn kader. Drie keer heb ik met een steen het ijs van mijn vastgelopen fiets moeten kappen.
    • We zijn in een supermarkt geweest die minstens zes keer zo groot is als het grootste warenhuis dat ik ooit heb gezien.

    We zijn nu in Urumqi, de hoofdstad van Xinjang, en thuis van drie miljoen Chinezen. De Chinese steden zijn een fenomeen in alle opzichten. We trekken binnenkort richting oosten om daarna opnieuw in de Himalaya te fietsen.

    De nieuwe foto’s op flickr staan in de mappen noord-pakistan en Xingjang. Klik hier.

    h1

    Gilgit

    10/04/2010

    We zijn in Noord Pakistan en fietsen tussen de hoogste pieken van de wereld.

    Karakoram
    De Karakoram Highway. Moeder der wegen. De Highway is wel “high” maar niet echt “speedy”, eerder een pad – gedeeltelijk asfalt – dat langs de Indus door de Himalaya stroomt. Maar wat een panorama! Het is de enige weg ter wereld die zo hoog in het dak van de wereld snijdt. Nanga Parabat is de 9de hoogste berg ter wereld en wordt ook“killer mountain” genaamd omdat daar op het aantal beklimmingen relatief de meeste doden gevallen zijn. De berg flankeert de Highway met de hoogste aaneengeschakelde rotswand ter wereld. Een klimmuur van meer dan 4000 meter. De pas van de Karakoram Highway (4800 meter) vormt de hoogste grensovergang ter wereld.

    De weg is wellicht ook een van de belangrijkste en meest omstreden wegen ter wereld. Bij de bouw van de weg vielen duizenden doden. Deze worden aangevuld met tientallen doden per jaar door ondethoudswerken. De Karakoram baant zich een weg door de aardverschuivingen. In januari was er een van de zwaarste aardverschuivingen. Vier kilometer van de weg werd weggespoeld en er ontstond een artificieel meer. Dit meer – als de stenen wand het begeeft -is een direct gevaar voor tientallen burggen stroomafwaarts . De weg verbindt ook China met Pakistan. Twee bondgenoten in het uiterst ontvlambare geopolitieke spel dat China, India , Pakistan en Rusland – allen kernmogendheden – spelen. De weg is dus van vitaal belang als het ooit heet wordt in de regio.
    De eerste foto op de blog is een foto van de landverschuiving (gehaald van het internet).

    Viva Pakistan
    Maanden India heeft ons wat afgestompt. We dachten dat we misschien de vele indrukken en het helse land niet meer de baas konden. We dachten dat we soms wat verzuurd waren door de inspanning, de nooit aflatende stroom Indiers, de hitte…. We dachten dat het aan ons lag en dat de lange reis zijn tol eiste.

    Eenmaal terug in Pakistan blijkt dat de reden van onze verzuurdheid naast onze vermoeidheid vooral de Indiers zijn. Vergeten waren we de onmetelijke gastvrijheid, de onvoorwaardelijke big smile van de Pakistani. Het verschil was al voelbaar een kilometer voorbij de Indische grens.
    in de bus naar de Karakoram werden we getrakteerd op allerlei lekkers, we kregen de beste plaatsen, een bebaarde krijger stond er op dat ik – om te kunnen slapen – gedurende uren mijn benen op zijn schoot placeerde. Bij aankomst aan de Karakoram waren Heidi en ik ziek (darmklachten). Direct werd het benzine station voor ons vrijgemaakt alwaar we twee dagen in een bed mochten overnachten. Overal worden we getrakteerd op thee. Viva Pakistan.

    h1

    Kathmandu #2

    20/03/2010

    We zijn terug in Kathmandu na een rondtoer door centraal Nepal. Adam en Cat, een Australisch fietskoppel die we in Iran ontmoetten, waren ook in Nepal. We hebben enkele dagen met hen samen getoerd. We hebben nu bijna elke berijdbare weg in Nepal gefietst.

    Hoewel Nepal goed was in vele opzichten: Heidi`s mama op bezoek, fietsvrienden terug ontmoeten, opnieuw eens westers eten, vriendelijkere mensen… hadden we ons van het fietsen in Nepal iets meer voorgesteld, maar het was soms te mistig en het aantal berijdbare wegen is heel beperkt. Maar… er is beterschap op komst. Na Kathmandu nemen we de trein richting Pakistan en daar wacht ons hopelijk de meest spectaculaire weg ter wereld. De Karakorum Highway, een weg tussen de hoogste toppen van de Himalaya, maar meer daarover later.

    Limburger, wereldburger
    Op “wereld”reis dus. Een jaar eens iets anders. Weg van maandagen, Brussel-Halle-Vilvoorde, ochtendstress, 1-november-weer, deadlines, 5 minuten politieke moed, Oosterweelverbinding,…
    Tot Nepal. Op twee dagen tijd komen we twee keer landgenoten tegen – met de fiets. En ze kwamen uit het Oosten: Limburg. Een koppel uit Kuringen en een man uit Hechtel-Eksel. Zoals de meeste Limburgers, heel sympathieke mensen. Paul fietst zelfs van Hechtel over Azie naar Nieuw-Zeeland en vandaar naar Zuid- en Noord-Amerika.

    Gien Skoens
    We slapen in uitgedroogde bedding van een rivier aan de rand van een nationaal park. S`Morgens een blik rechts, een blik links. Miljaar! Mijn schoenen uit de tent gestolen. Daar sta je dan met voetzolen die qua ondergrond enkel een badkamervloer en gewatteerde sokken gewend zijn, Ik wankel, hinkel en mank naar de grote weg, alwaar wandelen iets makkelijker gaat. Fietsen zit er niet echt in met klik-pedalen. Na wat speuren in de berm vinden we een linker teen-slipper. Wat verder een rechter slets. Vijf kilometer verderop lacht de schoenen-boer ons al toe. Zijn collectie blijkt te bestaan uit turn-gympen of bad-sloffen (de nationale dracht in Azie). Ik kies voor de badsloffen en hoop in Kathmandu de betere schoen te vinden. Het voordeel van de sloffen is dat je je net als in je living voelt als je afstapt. Het nadeel is dat je je ook op de fiets als op een zondag in de huiskamer voelt. En dus niet echt in staat om echt door te fietsen. Vooral bergop is het zwaar. De zool van de sloffen buigt zo hard door dat ik last krijg van mijn tenen.

    Nog eens herhalen…. De nieuwe foto’s (vanaf Nepal) staan op een nieuwe flickr-pagina. Klik hier om naar de foto’s te gaan.

    h1

    Kathmandu

    27/02/2010

    De laatste 12 dagen hebben we geracet tegen de tijd. Meer dan 1000 kilometer afgelegd om op tijd in Kathmandu te zijn. Op tijd om onze Spaanse fietsvrienden terug te ontmoeten. We genieten van elkaars gezelschap en het delen van weetjes, hoogtepunten en ergernissen.

    Kathmandu, een mythische stad, en niet zonder reden. Ik heb nog nooit een hoofdstad gezien die – in infrastructureel opzicht – zo slecht was voorbereid op de 21ste eeuw. Geen metro, welgeteld twee wegen met dubbele rijstroken, een exploderende bevolking,….
    De stad heeft zo haar eeuwenoude karakter weten te bewaren en heeft zo al eeuwenlang reizigers, hippies en avonturiers aangetrokken. De straten zijn heel smal, de gebouwen zien er heel authentiek (als een gebouw op instorten staat is het dan authentiek?) uit. De hele stad bulkt van de tempels. Bovendien is er een hele wijk helemaal uitgerust voor de westerling. Gisteren zijn we naar een Belgische Frituur geweest. Een puntzak met echte mayonaise. Een culinair thuiskomen.

    Tien dagen terug hebben we – niet zonder opluchting – India verlaten. Nepal was een verbetering in heel wat opzichten. Oprecht vriendelijke mensen heel wat minder verkeer, veel meer bossen,… Alleen het weer in de vlakte was wat teleurstellend; soms volledige dagen mistig. Maar nu we aangekomen zijn in de bergen is de mist ook verdwenen.

    We toeren hier nu nog 10 dagen rond en midden maart komt de mama van Heidi ons bezoeken. Daarna gaan we terug naar Pakistan om de Himalaya over te steken naar China.

    h1

    ramnagar

    13/02/2010

    We hebben Stefaan, onze reisgezel voor de laatste twee weken, afgezet aan het busstation. Maar ja, onze huwelijksreis gaat door. En zoals altijd was het een plezier om met Stefaan te fietsen. Een verrekijker en wat vogels. Meer heeft Stefaan niet nodig.
    Tijdens het vorige bericht had ik me nog lovend uitgelaten over de hoge bergen. Nu was het prijs. We trokken met ons nietig fietske de machtige Himalaya in, We kozen een route uit die door fietsers normaal gezien enkel in juli/augustus wordt aangedaan. Begin februari: drie fietsers, geen verkeer, sneeuw en smorgens en savonds -10 graden. Maar de panorama’s waren on-ver-ge-te-lijk. Letterlijk met de tranen in de ogen van ontroering reed ik puffend langs de bergen.  Fysiek zwaar was het wel. Tot 3800 meter hoogte klimmen: je longen briesen om zuurstof, je hoofd wil ontploffen en bij elke bocht wil je neerliggen.
    Maar soit. We hebben de smaak te pakken. straks gaan we naar Nepal voor meer van dat.
    Van het materiaalfront minder goed nieuws. Heidi haar achterband is gescheurd en we rijden nu met een exemplaar rond met het kwaliteitslabel ‘made in India’ en mijn trapas kraakt ook vervaarlijk. Onze fietsen kreunen zich naar de fietsenmaker in Kathmandu.

    Beter 1 vogel in de hand, dan 10 in de broek
    We zitten een lekker theetje te drinken midden in een stad. Plots moet ik naar het toilet. Je weet wel: grote behoefte. In India is nergens een toilet te bespeuren maar twee klanten bieden me aan om het dichtsbijzijnde openbare toilet te tonen. We zijn al wel wat gewoon op vlak van hygiene maar dit toilet sloeg qua goorheid alles. Een open hok waar water en stront twee centimeter hoog stonden. Maar ja, ik was al aan het ‘prairidoggen’ en dan is er bij de Geirnaert geen houden meer aan. Dus hup zintuigen gesloten en gaan maar. De vriendelijke heer uit het theehuis kwam enkele keren kijken en kwam me zeep en water aanbieden. Privacy bestaat niet echt en ik moest snel door deze zure appel, dus ik schonk daar niet zo veel aandacht aan. Toen de plek der onheil zo snel mogelijk wou verlaten leidde de snoodaard me terug naar het kot en greep me met volle hand bij het kruis. Ik protesteerde nog – met falsetto-stem – “heilaba” maar de vogel was al gaan vliegen.

    h1

    Goa

    26/01/2010

    Er waren drie dingen die niet mochten gebeuren op reis: een accident, mijn kader die breekt (aluminium is hier niet te lassen) en problemen aan de trapas. Na 10.500 kilometer is het zover: de lagers van Heidi’s fiets hebben het begeven midden in het Indiase niemandsland.

    Fietsen in India lijkt ons niet echt gegund. Na wachten op een visa, dagen in de trein en ziekte nu dit. De lagers voor de trapas zijn hier niet te verkrijgen dus moesten we die via DHL laten opsturen. Opnieuw zes dagen wachten.  Het opsturen is een dure bedoening om niet te spreken van de zes nachten hotel de talloze telefoons naar belgie om dat geregeld te krijgen, zeven uren bus enkel om het wisselstuk te gaan halen….
    Gelukkig was er de reddende Engel, Wouter, de fietsenmaker uit Landegem (allen daarheen voor een nieuwe fiets) die ons telefonisch heeft bijgestaan bij het demonteren van de trapas en zijn werk heeft laten vallen om het onderdeel per DHL naar India te sturen.

    We zaten vast in een heel klein stadje en doodden onze tijd met internet, lezen en rondlummelen. Er was een lichtpuntje, via via hebben we bij een vrouw een hele namiddag kookles ‘Indiase keuken’ gekregen. Heel leerrijk en lekker.

    De laatste dagen fietsen waren echter weer heel mooi. Fietsen langs paradijselijke stranden.

    Conclusies

    We zijn nu een half jaar onderweg… Tijd voor wat bedenkingen en horizontale en verticale lijnen. Dit zijn mijn subjectieve zwart-witte indrukken maar zoals altijd ligt de waarheid in het midden.
    Let wel, het zijn soms kritische bemerkingen, maar de verschillen met onze samenleving vallen ook het meeste op.

    • Ondanks hun verscheidenheid hebben Aziaten twee kenmerken gemeen: thee en goud.
      De Iranezen en Turken drinken het mierezoet, de Pakistani en Indiers drinken het met melk, maar overal en altijd wordt er thee gedronken. (Roemenie en Bulgarije horen niet tot Azie om de simpele reden dat er geen thee wordt gedronken. De Oost-blokkers verenigen zich rond bier, vodka, palinka,… als je er maar zat van wordt).
      Een andere constante is goud. Alle vrouwen zijn wandelende goldnuggets. Nen kilo goud aan de oren, nog wat in de neus, nen dikken gouden enkelband. Hun geloof en preutsheid verhinderen wellicht een gigantische gouden ‘Roi Albert’ tussen de benen. Meermaals krijgt Heidi de vraag waarom zij geen goud draagt. Getrouwde vrouwen tonen hier hun status door zich te tooien met het edele metaal. India, een van de armste landen ter wereld, is veruit de grootste consument van goud en diamanten.
    • Aziaten kunnen niet luisteren. Je kijkt nog maar met vragende ogen of ze hebben hun antwoord al klaar. De meesten luisteren nauwelijks naar wat we zeggen en antwoorden naast de kwestie.
    • de westelijke Aziaat herken je ook aan gezichtsbegroeiing. Een baard in Iran en Pakistan, de snor in Turkije en Pakistan. In China schijnt er enkel haar te staan op hun Engels en hun eten…..
    • We liepen al niet zo hoog op met religie. Bij aanvang van onze tocht hadden we verwacht wat meer begrip te kunnen opbrengen voor de verschillende wereldreligies op onze tocht (Christendom, Islam en Hindoeisme). Het tegendeel is echter waar. We hebben wel een beter inzicht gekregen en proberen met respect te kijken naar hun cultuur, maar kijken met ongeloof, wantrouwen en soms afkeurend naar sommige stompzinnige, holle rituelen, mens- en vrouwonterende gebruiken, hun totale negeren van wetenschappelijke feiten, hun vermenging van staat en religie, het onvermogen om ook maar iets in het geloof ter discussie te stellen, de neiging om andere religies aan te vallen of te vervallen in fundamentalisme.
    • 99 procent van de mensen heeft enkel het beste met je voor en is vredelievend. Politiek, machtshonger en propaganda zet mensen van andere nationaliteit of religie tegen elkaar op.
    • 95 procent van de mensen (behalve in India) is ongemeen gastvrij. Deze gastvrijheid is onbegrensd in moslimlanden.
    • Hoe je het draait of keert…. voor fantastische fietservaring moet je in de (hoge) bergen zijn: heldere lucht, levendige kleuren, meestal weinig verkeer, fantastische panorama’s….
    • Vraag nooit de weg aan iemand. Mensen in Azie hebben geen enkel ruimtelijk inzicht, kunnen geen kaart lezen en weten het verschil niet tussen 1 en 100 kilometer. Vertrouw soms op de kaart maar vooral op jezelf. Zelfs de meest intelligente mensen kunnen nauwelijks een plannetje op papier tekenen.
    • Zoals overal ter wereld zijn de vrouwen mooier dan de mannen.
    • In vergelijking met West-Europa valt het totale gebrek aan culturele leven en sociale cohesie op. Zeker in moslimlanden. Iedereen is enkel krampachtig bezig met persoonlijk op de ladder der menselijke welvaart te klimmen. De rat race en niets anders. Niets cultuur of buurt- of gemeenschapsgevoel. Nauwelijks verenigingen of ngo’s die ergens voor staan. Geen humanisme. Enkel religie en commercie. Dus ik vond ook weinig respect voor het leven en dat uit zich vooral in een niets ontziend verkeer waar iedereen in een auto onbedoeld een gevaar is voor iemand anders en de onbeschrijfelijke afwezigheid voor respect voor natuur of milieu. Dit wordt wel gecompenseerd door hun heel sterke familiebanden. Alles speelt zich af in en rond de familie en het gezin. Natuurlijk hebben wij door onze rijkdom de luxe in het Westen om ons met andere zaken dan overleven bezig te houden, maar toch zie ik ook bij rijkere Aziaten hetzelfde gedrag dan bij hun minder fortuinlijke landgenoten. ·
    • 95 procent van de Aziaten trouwt niet uit liefde. Bijna alle huwelijken zijn gearrangeerd.
    • Door de vrijheid die wij in het westen kennen hebben wij een samenleving waar afwijkende meningen of afwijkend gedrag min of meer getolereerd worden. Niet zo hier. Iedereen lijkt op elkaar en handelt op dezelfde manier. De meesten zien er hetzelfde uit, dragen dezelfde kleren, denken hetzelfde, luisteren  naar de zelfde muziek,… Alleen over politiek kunnen er verschillen bestaan. Een monolithische samenleving waar uit de band springen niet wordt gesmaakt.
    • De wereld is te klein voor alle Aziaten.
    • We zouden van fietsen ons beroep kunnen maken.
    • De mensen in alle landen zijn heel wantrouwig tegenover hun buren. Overal waar je komt krijg je te horen dat je net door een heel gevaarlijk gebied hebt gefietst, dat de mensen uit het buurland allemaal dieven zijn, dat de mensen in het huis ernaast – waar je net thee hebt gekregen – niet te vertrouwen zijn, dat je goed moet opletten op de weg met de kleine dorpjes want de dorpelingen zijn primitievelingen, enzoverder… Natuurlijk zijn we bijna overal als koningen ontvangen.
    • Alcohol is niet altijd een zegen (nee, ik heb geen kater). In moslimlanden is alcohol zo goed als niet te krijgen. In India, Roemenie en Bulgarije hebben we verschillende voorbeelden gezien van de vloek van alcohol: de volledige mannelijke bevolking van het dorpje overdag verenigd rond de toog, kotsende wrakken op straat, een man die aan zijn armen naar buiten wordt gesleept en voor dood op straat wordt achtergelaten,….. En jawel, het gaat altijd om mannen.

    Allez, een algemene conclusie: We zijn heel dankbaar om hier te fietsen en alles mee te maken maar we zijn tegelijk blij dat we in Belgie geboren zijn (alleen het weer en de bergen ontbreken). Hoewel we in West-Europa in een heel andere ‘rat race’ zijn beland, de race van het consumeren, de dwingelandij van het eeuwige kopen, het mee- en hip zijn,… hebben we 1 troef: Vrijheid. Vrijheid om bv een jaar te gaan fietsen, om eens zot te doen, om je mening te zeggen, om met iemand van Limburg te trouwen,…

    Dus beste lezers, denk en leef bewust. Denk na over wat je wil. Beperk je keuzes niet tot bv ‘heb ik deze I-pod wel nodig? (ps: ik heb ook een I-pod). Geniet met volle teugen van alle kansen die je in Belgie krijgt!

    Morgen nemen wij een trein naar Noord-India en vandaar gaat het de Himalaya in. We rijden zo diep tot het weer of de sneeuw ons tegen houdt.

    h1

    Tamassary

    11/01/2010

    Gelukkig Nieujaar. Opdat de West-Vlaamse fans ook zouden kunnen volgen “Elk zie Hulukkuh Joar”. 2010 is alvast voorspoediger ingezet dan eind vorig jaar. De factoren die India wat minder aangenaam maakten, de ziekte, de muile, de wolken en de kost, zijn grotendeels opgelost. De zon schijnt, het eten is hier heel wat gevarieerder en lekkerder, de mensen zijn hier al wat vriendelijker en nog belangrijker, ik ben er weer helemaal bovenop.
    We zitten hier volop in de tropen en hebben al kunnen genieten van heel wat exotische geneugten: nachtzwemmen in de Indische oceaan, drinken uit een kokosnoot, vers geperste ananas of rietsuiker-sap, je s’avonds douchen – zoals in de tahiti-reclame – in een tropisch onweer,…
    Het landschap is soms ook onwaarschijnlijk paradijselijk. Voor de kust van zuid India liggen er allemaal wonderschone meertjes. In de bergen zijn we -voor ons -door een van de meest spectaculaire landschappen gereden: de theeplantages rond Munnar.

    Slets
    De Belgskes gingen ook ne keer tropisch doen. Twee paar teenslippers gekocht. Om helemaal ingeburgerd te zijn moet ik mij ook nog een porno-snor laten staan. Maar soit, twee paar teenslippers dus. De eerste dag van het teenslipperschap doen we een overmoedige wandeling (fietser blijf bij je leest). De wreefs (wat is het meervoud van wreef?) van de voeten van mijn vrouwke vertoonden twee open wonden. Twee dagen later was een wonde verzweerd en ontstoken.
    Een Indier bood ons aan om naar de dokter te gaan. Hij per brommer met Heidi achterop naar het ziekenhuis. Jan Palfijn – Indian style. De twee direct naar de ‘emergency’. Niets aanmelden aan de balie of de receptie, ze vielen direct bij de eerste de beste dokter binnen. Na de diagnose moesten ze via de kassa passeren, maar dat was buiten de Indier gerekend. Niets kassa, zo werkt dat niet in India. Langs de achterdeur naar buiten naar de apotheker. Daar weer de voet op de balie alwaar de nodige medicijnen werden aangeschaft.
    De voet stelt het langzaam maar beter goed.

    Van den vochtigen ond
    Terwijl jullie kunnen genieten van nog eens een echte winter, zitten wij hier te braden. De temperatuur loopt hier elke dag op tot 35 graden maar wat het lastig maakt is vochtigheid. Je herkent ons aan de immer glimmende huid. ’s nachts liggen we te baden in het zweet en heel ons huishouden riekt naar natten dweil annex vochtige hond. Wat erger is: onze fietsen staan te roesten terwijl we er naar kijken.

    h1

    Kodaikanal

    30/12/2009

    Iedereen is op zoek naar een originele manier om oudejaar te vieren. Zo ook wij. En we lijken prijs te hebben. 31 december breng ik door op een witte kamer die wordt plat gelopen door in het wit geklede, lachende dames. Het eten is vloeibaar en komt uit een baxter en de enige bubbels komen van aspirine.
    Jawel… de Geirnaert is geveld. Twee dagen terug ben ik opgenomen in het ziekenhuis met uitputtingsverschijnselen.
    Het begon allemaal met een te lange bus en treinrit van de Pakistaanse grens naar Zuid-India. Drie nachten nauwelijks slapen. Nadien heb ik eerst griep gekregen. Dat is dan overgegaan een totaal verlies aan kracht in mijn spieren. Bij het fietsen in de bergen heb ik mij van totale uitputting moeten overleveren aan de handen van de geneeskunde. Zeker een week totale rust.

    Ons fietsavontuur in India valt dus serieus tegen en niet alleen om bovenstaande reden. Onderstaande factoren maken India voorlopig minder populair.

    1. de muile: Maandenlang zijn we in (moslimlanden) als koningen behandeld. Tot 5 keer per dag werden we in Iran uitgenodigd om te blijven slapen. Ontelbaar zijn de keren dat we in Turkije of Pakistan op thee of eten getrakteerd werden. Niets van dit alles hier. De Indiers – met een gezicht alsof ze net hun vrouw op overspel hebben betrapt – lachen nooit.
    2. de wolken: Hoewel de temperatuur naar Belgische normen astronomisch is – het wordt hier makkelijk boven de 35 graden – is het bijna telkens bewolkt. In de bergen fiets je boven de 500 meter constant in de wolken. Weg dus prachtige vergezichten.
    3. de kost: India werd ons voorgeschoteld als vegetarisch walhalla. Dat valt voorlopig ferm tegen. Op straat kan je nauwelijks iets kopen en het smaakt bovendien meestal naar hetzelfde.

    Het avondland

    Middelgrote provinciestden in India en Pakistan zijn al gauw wervelende metropolen met miljoenen inwoners. Alhoewel Brussel op diplomatiek vlak een belangrijke plaats bekleedt, is de Europese hoofdstad in vergelijking deze steden een dorp.
    De energie die uit deze straten gutst is fenomenaal. De Europese beschaving lijkt dan wel meer ontwikkeld en heeft zeker zijn verdiensten, maar we lijken wel een ingeslapen reus, het Rome voor de val, het avondland. Onze cultuur van consensus en rationaliteit lijkt onze kracht een beetje te hebben gesmoord.
    Europa is voorlopig nog wel een belangrijk machtsscentrum, maar de vraag is voor hoe lang. Met de energie die hier vanuit de samenleving straalt, mag Europa zich klaar maken voor een tweederangsrol.
    Het enige wat deze vitale maar nog altijd straatarme samenleving kan tegenhouden is de steeds hardere strijd om grondstoffen. Alle belangrijke basisgrondstoffen worden met de groeidende wereldeconomie steeds schaarser en duurder. Misschien hebben deze landen hun race naar de top iets te laat ingezet. De tweede factor die hun gooi naar de hegemonie kan dwarsbomen is een – niet zo onwaarschijnlijke – oorlog in Azie (zie onder).

    Het grote spel

    Op het Indische subcontinent (India, Pakistan en Bangladesh) wonen 1,6 miljard mensen. In China 1,1 miljard. Samen goed voor bijna de helft van de wereldbevolking op een beperkte oppervlakte. De exponentieel groeiende economie vraagt alsmaar meer grondstoffen. India en China profileren zich als nieuwe grootmachten en strijden om de heerschappij over Azie. Het kwam al meermaals tot grensconflicten en de kans op een totale oorlog in de komende twintig jaar zal alleen maar toenemen. Langs de Indisch-Chinese grens zijn honderdduizenden soldaten gelegerd met het geweer in aanslag. Het meest concreet is de dreiging tussen India en Pakistan. In 1947 waren deze landen nog één, maar bij de bloedige splitsing vielen drie miljoen doden. Pakistan werd een moslimstaat. India werd overwegend Hindoe. De legers vechtten al meermaals een bloedige oorlog uit in Kashmir en de kans op een complete oorlog is heel groot. Pakistan balanceert daarenboven al jaren op de rand van de afgrond en een totale ineenstorting van het land.
    Bovendien beschikken zowel India, Pakistan als China over een aanzienlijke kernmacht en hebben ze al meermaals bij een grensgeschil gedreigd deze te gebruiken. Welkom in het Grote spel.

    Heidi heeft haar ook een klein fototoestel gekocht waar we filmpjes mee kunnen maken. Het eerste beeld op onze fotopagina is een straatbeeld uit het hectische Lahore.

    We moeten het dus noodgedwongen nog wat rustig aan doen. Tegen eind januari zijn we opnieuw in Delhi en daar ontmoeten we vriend, collega, baas en mentor Stefaan die een eindje met ons in de bergen gaat fietsen. Laat de jus in de benen dus maar komen.

    h1

    Lahore

    13/12/2009

    Wachten is pijnlijk voor rusteloze zielen. Ons visum voor India is binnen drie dagen klaar en ondertussen wachten we in Lahore. Lahore is een typische derde wereld metropool. 10 miljoen inwoners. Dubbel zoveel ongedierte. Hectisch verkeer en moordende luchtvervuiling. Gelukkig hebben we hier onderdak bij Belgische vrienden.
    Deze ochtend hebben we een fietstocht van 30 km in de mega-stad gemaakt. In het veilige, rustige en geequipeerde België acht je het onmogelijk in deze stad te fietsen. Eenmaal hier wordt het de normaalste zaak van de wereld en begin je er zelfs van te genieten. Duizenden toeterende riksja´s; tientallen brommers (die tot zes mensen tegelijk vervoeren); eetkraampjes letterlijk op de rijweg; fietsers, auto´s en riksja´s die constant tegenrichting rijden; honden en koeien die in dit inferno de baan oversteken. Wij laveren rustig door dit hels verkeer met onze handen en voeten aangevend waar de overijverige chauffeurs hun plaats is.

    Ons plan was – zonder te vliegen – van Europa naar China te fietsen. Vanaf het Indiase subcontinent zijn er twee wegen om over land naar China te gaan. Eén over Tibet en één over Pakistan. Deze hoge passen over de Himalaya gaan pas open in de lente. De hoogte en de koude zijn geen probleem, maar de politieke situatie in de hele Himalaya is een zootje. In Pakistan is er een opstand van de Taliban en China maakt het momenteel virtueel onmogelijk om in Tibet te fietsen. We hopen op een oplossing tegen het voorjaar anders zullen we toch het vliegtuig moeten nemen om uit India of Nepal weg te raken.

    Het wee van de plee

    De draagbare latrine moet vooralsnog worden uitgevonden. Voorlopig moeten wij ons behelpen met openbare toiletten of de ´boodschap-ten-velde´. Dit laatste was voorheen geen enkel problem. In onbewoonde gebieden vind je overal wel een plekje voor je gevoeg. Pakistan is echter andere ´shit´. Achter elk struikje, langs elk grachtje,… verschijnt er wel een Pakistaan. Bovendien hebben de meeste mensen (op het platteland) geen toilet maar gaat iedereen in het veld.

    Voor ons zit er dan ook niets ander op dan te proberen uit het zicht van de overvloedige mensen naar het toilet te gaan. Veel buffels en andere dieren hebben – wellicht met afgrijzen – een inleiding in de anatomie van het ´westerse achterwerk´ gekregen.

    De parabel van de teleurgestelde Pakistaan

    De Pakistanen zijn met veel. Te veel. Overal waar we halt houden drommen honderden hoofdjes om ons heel. Allemaal willen ze onze hand schudden of ons enkele vragen stellen. Wanneer je ze wat aandacht schenkt lichen ze hun witte tanden (die mooi afsteken tegen hun getaande huid) bloot.

    Het is echter moeilijk om 200 keer per dag handjes te schudden en vriendelijk te antwoorden op dezelfde vraag. Soms moeten we – voor ons eigen welzijn – hard zijn en de honderden kopjes negeren of erger nog hen vragen om ons met rust te laten. De lijn tussen eigen vakantie en arrogante toerist is soms dun.

    Aailaainer

    Vele Pakistani zien er vervaarlijk uit : groot, stoer, ruige baard, onverschrokken blik,….

    Sommige mannen schminken echter hun ogen. De Darwin in mij stelt zich daar ernstige vragen over.

    h1

    Islamabad

    04/12/2009
    Islamabad, hoofdstad van Pakistan en van een verscheurde natie.
    We proberen hier ons Indiaas visum te bemachtigen.
    Pakistan bevalt ons voor de rest heel erg. De vallei van de Indus is door zijn tropische temperatuur en aanwezigheid van water een groene oase. Dus na maanden fietsen op dorre hoogvlaktes zijn de rijke plantengroei, de waterbuffels, het exotisch fruit, de talloze watervogels een aangename verrassing. Op de vruchtbare vlakte woont ook gigantisch veel volk. Elk straatje, elke wegel, elk perceel, elk kanaaltje,… overal bevinden zich meerdere Pakistanen. Ik kan me eindelijk inbeelden wat overbevolking betekent.
    Het eten in Pakistan is een heuse meevaller. In elk dorpje verkopen ze lekker maar niet al te hygienische voedsel waaronder ook heel wat vegetarische schotels.
    Pakistan is in vergelijking met Iran en Turkije een echt ontwikkelingsland. Dat uit zich in van vervuiling, mensen en bedelaars uitpuilende metropolen en voorhistorische toestanden in de sympathieke dorpjes.
    Ondanks de verschikkkelijke verhalen die dagelijks uit Pakistan komen, is Pakistaan-modaal voor ons heel vriendelijk. Ze zien er wel veelal uit als Osama-wannabee maar veelal verontschuldigen ze zich voor de spiraal van geweld in hun land.
    Nog dit voor de natuurliefhebbers: De Pakistaanse vrouwen zijn absolute schoonheden. Donkere huid, witte tanden, grote ogen, gekleurde gewaden,…
    .
    De Odyssee
    Het grensgebied tussen Iran en Pakistan heet Baluchistan. De Baluchis leven in stammen en alles gebeurt volgens de wil en de wet van de stammen. Nooit in de geschiedenis is er 1 rijk (noch het Perzische , noch Iran, noch Pakistan) er in geslaagd de stammen te onderwerpen in hun staat. Bovendien zijn de stammen door India voorzien van wapens om in Pakistan (aartsvijand van India) voor oproer te zorgen. De regio is door zijn wetteloosheid ook de transitzone voor opium en heroine uit Afghanistan. Onze route liep 1500 km door Baluchistan. Na enkele ontvoeringen van buitenlanders is Baluchistan een no-go-area. Een driedaagse helletocht voerde ons over de gevarenzone. Eerst nachtbus, dan fietsen in pick-up naar de Iraanse grens. Daarna een 15 uur durende martel-bus over deels onverharde weg. In de bus zaten veel Baluchis. De meeste overvriendelijk, maar ze staken hun sympathie voor de taliban niet onder stoelen of banken. Verschillende keren werden we door de politie van de bus gehaald en gecontroleerd en eenmaal wilden ze ons op een gewapend transport zetten. Na de bustocht kwamen we om 3 uur snachts aan in Quetta. 4 uur slapen in het station om daarna een 20 uur durende treinrit naar Multan (in het Pakistaanse laagland) uit te zitten. De treinrit viel wel reuze mee. Veel vriendelijke mensen en een bank om op te slapen.
    .
    De bom
    Dat Pakistan problemen heeft is een understatement. Enerzijds heb je de Baluchis (zie boven) en anderzijds tribale gebieden waar wetteloosheid heerst. Daarnaast leeft Pakistan op voet van oorlog met India. In noord Pakistan (Kashmir) wordt de hoogste oorlog ter wereld uitgevochten. Beide legers bekampen elkaar op 6000 meter en hoger. Vroeger waren Pakistan en India 1 land, maar na het uiteenvallen van het land in Pakistan, India en Bangladesh leven Pakistan en India in onmin. Beide landen beschikken over kernwapens en meermaals is de spanning al hoog opgelopen.
    De belangrijkste uitdaging momenteel is het moslim extremisme. De Taliban hebben hun bakermat in het Noordwesten van Pakistan. Ze zijn ooit groot geworden door de steun en wapens van de CIA (alweer) om de Russen in Afghanistan te bekampen. Nu de Amerikanen in Afghanistan de forcing voeren tegen diezelfde Taliban, zijn de terroristen gedwongen om terug af te zakken naar hun oorspronkelijke heimat (Pakistan). Twee jaar lang is er nu een oorlog aan de gang in Noord Pakistan. De Taliban voeren een geweldcampagne en vermoordden vorig jaar de president bij een bomaanslag. Vandaag alleen al vonden in Islamabad twee zelfmoordaanslagen plaats (geen nood wij blijven hier rustig binnen).
    Pakistan, vandaag nog een bondgenoot van de Amerikanen, zou – mede door de onvermijdelijke toekomstige catastrofe te wijten aan de bevolkingsexplosie – wel eens de bedreiging voor de wereldvrede kunnen worden. Wanneer barst de bom?

    Nog als afsluiter…. we zijn vandaag op de indiaase abassade geweest. Elke keer dat we een nieuwe ambassade bezoeken wordt ons gevoel bevestigd dat meestal de domste en onvriendelijkste mensen op een ambassade mogen werken.